Johan Museeuw (°1965) was professioneel wielrenner van 1988 tot 2004, en kreeg de bijnaam De Leeuw van Vlaanderen. Hij behaalde 115 zeges waarvan 113 op de weg. Hij was gespecialiseerd in het rijden van klassiekers en was op dat vlak een van de besten in de jaren 90.

Museeuw startte in 1988 bij ADR met ploegleider José De Cauwer. In zijn eerste seizoen was hij vooral werkzaam als helper van Eddy Planckaert, die dat jaar de Ronde van Vlaanderen won. Museeuw zelf won dat jaar één wedstrijd: de Grote Prijs Briek Schotte. In 1989 hielp hij Greg LeMond (wereldkampioen 1983 en Tourwinnaar in 1986) aan een tweede Tourwinst. In 1989 won Museeuw vier wedstrijden, met als belangrijkste zege een rit in de Ronde van België. De ploeg ADR stopte bij gebrek aan kapitaal.

Vanaf 1990 reed Museeuw voor Lotto. Bij Lotto werd hij uitgespeeld in de pelotonsspurten. In 1990 won hij 11 wedstrijden, waaronder de vierde en de laatste rit in de Ronde van Frankrijk. Hij eindigde dat jaar tweede in de strijd om de groene trui. In 1991 won Museeuw 11 wedstrijden, met als uitschieter de Wereldbekerklassieker het Kampioenschap van Zürich. Hij finishte ook tweede in de Ronde van Vlaanderen, derde in Parijs-Brussel en vierde op het Belgisch kampioenschap. 1992 werd Museeuws laatste jaar voor Lotto. Hij won de voorjaarswedstrijd de E3-Prijs en werd Belgisch Kampioen in Peer.

Vanaf 1993 kwam Museeuw onder de vleugels van Patrick Lefevere. Voortaan ging Museeuw zich meer toeleggen op het klassieke werk in plaats van pelotonsspurten. In het voorjaar won hij de Ronde van Vlaanderen voor de eerste maal, in het najaar Parijs-Tours. Hij droeg ook 2 dagen de gele trui in de Ronde van Frankrijk.

Sinds zijn zege in de Ronde van Vlaanderen in 1993 was de Leeuw van Vlaanderen steeds topfavoriet voor de noordelijke klassiekers (de Ronde en Parijs-Roubaix) die hij elk uiteindelijk driemaal zou winnen. Toch had Museeuw met beide wedstrijden een haat-liefde verhouding: in 1994 werd hij in de Ronde met een verschil van slechts zeven millimeter geklopt door Gianni Bugno, in 1996 hield een haperend versnellingsapparaat hem van de zege en in 1997 reed Bruno Boscardin wereldkampioen Museeuw van de weg. In 1998 sloeg in Parijs-Roubaix het noodlot voor de Leeuw bijna echt toe. Museeuw viel een week na zijn indrukwekkende derde rondezege in het gevreesde bos van Wallers en brak zijn knieschijf. Door een virus werd gevreesd voor een amputatie zijn het been. Museeuw kwam echter sterker dan tevoren terug en won de helleklassieker nog tot tweemaal toe na een indrukwekkende solo. Ook in zijn laatste Parijs-Roubaix in 2004 leek hij op een vierde zege af te stevenen, tot een lekke band roet in het eten gooide.

Naast de wereldtitel en twee Belgische driekleuren en de zeges in de noordelijke klassiekers haalde Museeuw het nog tweemaal in het Kampioenschap van Zürich, eenmaal in de Amstel Gold Race en eenmaal in de HEW Cyclassics. Ook in de traditionele Vlaamse semi-klassiekers zoals Kuurne-Brussel-Kuurne, Omloop Het Volk, E3-Prijs Vlaanderen en Brabantse Pijl was hij vele malen de beste.

Museeuw heeft elf keer een wedstrijd van de Wereldbeker wielrennen gewonnen en is daarmee nog steeds recordhouder. Ook zijn erelijst in de Ronde van Vlaanderen (drie keer eerste, drie keer tweede en twee keer derde) is uniek.

Op 2 mei 2004 nam hij afscheid als profwielrenner tijdens zijn laatste wedstrijd: een criterium, georganiseerd te zijner eer.
Vandaag is Johan een succesvol zakenman, maar hij geniet nog steeds van een stevige fietstocht.